Search Realia

The realia research database can be searched in full text by entering one or more keywords. One of the subject names may be used as a keyword to start with. To limit the number of results, it is possible to set a time frame. After selecting one or more results, the researcher can click on the realia item invoking the browse page on the exact position in the published Realia.

Via a search in the realia researchers may find more hits for the realia subjects. For instance, the subject ‘Banjermassing’ includes 229 results or realia. When a researcher looks for for ‘Banjermassing’, the number of relevant realia is 350. When researchers subsequently click on ‘Date’, these 350 hits will be chronologically ordered. When a researcher clicks on one realia item, for instance the one of 6 February 1660 she will navigate to the time frame of that particular realia. This way of navigating makes it possible to compare the text of the realia  selected with other realia from that particular month or year to check a possible link to other decisions of the Supreme Government, or to take notice of other facts and events around the selected realium. In this case of Banjermassing, researchers will see how that particular realium fits into the context of twenty-two rather randomly selected decisions taken over the years by the Supreme Government on shipments and trading missions in the category of ‘besending’. The same realium, however, is also categorized under Banjermasin.


You searched for: Subject is Boete. We found 138 results. hide search form

Date Description Archive Reference Subject
Oct. 4, 1743 De Persische ministers haar abuys in opsigte van seeker belasting groot ƒ 6056.11 op quade gronden hebbende staande gehouden, worden behalve de vergoeding van voorsz. somme en een zesde part voor den visitateur gener: gecondemneert, daar en boven het geheele bedragen van ƒ 6056.11 bij wijse van boete op te leggen, 4 October 1743. file 999, folios 462-467 Boete
May 7, 1709 Den Chinees Oey Koenko over het ongequalificeerd setten eener zuykermolen gecondemneerd in een boete van 100 rds. voor den armen, 7 Mei 1709. file 929, folios 192-198 Boete
Sept. 5, 1719 Den Chinees Linoen sa-oij werd over gepleegde fraude in de zuyker Leverantie in een boete van 300 rds. gecondemneert ten behoeve der Diaconije armen, 5 September 1719. file 946, folios 563-570 Boete
June 28, 1700 Den Bailluw en Landdrost zullen de helft daarvan mogen genieten mits de aanbrengers betalende, dog van de kleene het geheel, 28 Juni 1700. file 916, folios 323-329 Boete
Jan. 16, 1703 De uyt particulieren handel geproflueerde boetens hoedanig deselve verdeelt zullen werden, 16 Januari 1703. file 919, folios 29-36 Boete
Sept. 25, 1711 Heemraden zullen bij schaarsheyd van water de goten in Molenvliet mogen stoppen die ze noodzakelijk oordeelen en de onwilligen in een boete van 25 rds. Condemneeren, 25 September 1711. file 932, folios 643-647 Boete
July 7, 1713 Een poenaliteyt van 10 rds. gesteld op ieder transport dat de Notarissen zullen passeeren van Oosterse slaven zonder dat bij een extract uyt het Notitieboekje van den Sabandhaar aan hun den eygendom dier Leyffeygenen gebleken zij, 7 Juli 1713. file 936, folios 460-480 Boete
Feb. 16, 1714 Zullen niet alleen 12 rds. boete betalen die buyten Consent van scheepenen, Rijs, bij klijne maten verkopen, maar bovendien voor 6 maanden in de Ketting geklonken worden, 16 Februari 1714. Boete
July 24, 1714 In de maanden July, Augs en Septbr zullen de goten in de Molenvlietze rivier gestopt moeten blijven, niet alleen op een boete van 25 rds. na de ordre van 1711 maar bovendien, ten koste der Eygenaars gestopt werden, 24 Juli 1714. Boete
Dec. 14, 1714 Nader bepaald zijnde hoe veel Mantels en Lamphens op de begravenissen zullen mogen werden uytgedeeld, zoo werd met een boete van 25 rds. gesteld op ieder Mantel boven dat getal, 14 December 1714. Boete
April 23, 1731 De daatsen, die niet gemaakt sijn na zeeker model, zullen op verbeurte van 25 rds. niet gebruykt mogen werden, 23 April 1731. file 954, folio 119, file 963, folios 347-363 Boete
Sept. 5, 1747 Op Ceylon zullen de schoolboetens wel niet formeelijk afgeschaft, maar derselver invordering eens ter preuve werden agtergelaten, besogne, 5 September 1747. Boete
Sept. 11, 1750 Die overtuigd kunnen worden een gedeelte van den weg na ’t stadhuys, om daar ondertrouw te doen in een rijtuig gedaan te hebben, zullen in een dubbelde boete van 50 rds. vervallen, 11 September 1750. Boete
Jan. 19, 1761 In cas van verzuimde inpalming van legaten en boetens ten be­hoeve der diaconij vermaakt, zullen denzelven door de fraces en legaat bezorgers moeten vergoed worden, 19 Januari 1761. Boete
April 26, 1763 Geinterpreteert hoe de boeten op de overtreding der placcaten nopens den part: handel tegen den invoer van staartpeper alhier verdeeld zullen worden, 26 April 1763. Boete
Sept. 9, 1766 Wanneer de onder de secretarissen van Justitie vergadert wordende gelden van boetens enz. tot een bedragen van rds. 1000 gemonteert zijn, zullen zij zig aan den Directeur Generaal adresseeren, om die somma in cassa over te brengen, 9 September 1766. Boete
July 28, 1769 Alle boetens, die tot een politiek correctie worden opgelegd, zullen ten behoeven der stadswerken komen, 28 Juli 1769. Boete
Aug. 29, 1794 Bij billetten te interdiceeren, dat niemand zig aanboord van ‘s comps scheepen nadat dezelve zullen gemonsterd zijn zal mogen begeeven op poene van 200 rds, 29 Augustus 1794. Boete
March 3, 1800 Doch zullen de officieren van Justitie verplicht zijn, wanneer zij eenige boetens ontvangen, daarvan binnen den tijd van 8 dagen aan den president van de collegien, waaronder de zodanigen sorteeren, behoorlijk kennis te geeven, 3 Maart 1800. Boete
April 18, 1800 Alle huurcontracten van suikermolens, zonder daarop de speciaale goedkeuring van Heemsraden te hebben ontfangen, aangegaan, zullen ipso jure nul zijn, en de notarissen buiten dien voor ieder keer, dat zij zulk een huurcontract zullen hebben gepasseert, dat door het voormeld collegie niet zal zijn geapprobeert, verbeuren zullen, een boete van 500 rds. ten behoeve van den officier, die de callange zal doen, 18 April 1800. Boete