Browse Realia
The research database with 46,467 entries include all three published nineteenth-century volumes of Realia. The realia are ordered by date, description and subject in different columns. When a researcher wishes to become familiar with the more than 2,050 eighteenth-century realia subjects, she can browse through the subjects. If she wants to read all realia from a particular year, she can order the realia chronologically by clicking on ‘Date’.
The screen always starts with ‘Aanbestedingen’ on top in the column of ‘Subject’. The columns can be reordered when the researcher clicks on ‘Date’, ‘Description’ or ‘Subject’. Because of the sheer number of entries it is advisable to make some selections by subject or year first.
The scanning of more than 211,000 folios of resolution books is finished, and the realia research database is linked to the scan store. After clicking a realia, the system will retrieve all the scans by date. This means that the researcher will see all the scans of the resolution texts from a particular meeting of the Supreme Government. Within this set of scans the researcher will have to search for the text passage that matches with the content of the selected realium.
| Date | Description | Archive Reference | Subject |
|---|---|---|---|
| May 20, 1777 | De verleende qualificatie tot het fieeren van goederen aan de inlandse kooplieden, wordt ten eenemaal weder ingetrokken, en Permanente ordre: om geen handel hoegenaamd te drijven, dan tegen contante betaling, of in ruiling tegen goud, peper of benzuin, (extra-ordinaire witte), 20 Mei 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| May 20, 1777 | De halve thol van de gepermitteerde goederen der schepelingen, voortaan te doen comprehendeeren, onder de in- en uitgaande regten en te laten heffen door den pagter, 20 Mei 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| May 20, 1777 | De inkoopsprijs van de peper op deze kust, wordt tot Rds 8 de 130 # verhoogd, 20 Mei 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| May 20, 1777 | De bezetting wordt bij provisie bepaald op: 112 Europeese militairen, 34 inlandse militiren en 40 Moorse zeevarenden, mitsgaders 40 lijfeigenen voor Padang, 9 lijfeigenen voor Plo Chinco en 4 lijfeigenen voor Adjerhadja, 20 Mei 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| May 20, 1777 | Den bedienden wordt gelast, den titul van geheimschrijver van den gezaghebber, voortaan agterwege te laten en zig in den aanstaande voor diergelijke aanstellingen, zorgvuldig te wagten, 20 Mei 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| Aug. 28, 1777 | Een notitie van de quantiteit goud en extra-ordinaire witte benzuin, welke door particulieren aan de Comp. wordt aangeboden en geleverd, En een t’zamentrekking van hetgeen de Maatschappij in een rond jaar geniet, zo aan tol als vragt van de overige zoorten van benzuin en camphur, moet jaarlyks naar Nederland gezonden worden, 28 Augustus 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| Aug. 28, 1777 | Een lijst van de aangebragte goederen op Padang, moet jaarlijks voor Nederland alhier bezorgt worden, 28 Augustus 1777. | Sumatra’s Westcust | |
| April 7, 1778 | De vaart van particulieren naar en van Sumatra’s Westkust, word nogmaals bepaald, alléén van Batavia direct naar Padang en desgelijks van daar herwaarts, zo mede van Padang verder noordwaarts, 7 April 1778. | Sumatra’s Westcust | |
| April 7, 1778 | De derwaarts navigeerenden moeten cautie stellen voor 3 à 4000 Rds en mogen niet meer dan uiterlijk 10 lasten rijst door een groot vaartuig, vervoeren, 7 April 1778. | Sumatra’s Westcust | |
| April 7, 1778 | Bij alle gelegenheedeu naar Padang te zenden: een lijst van de hier verleende passen en vervoerde ladingen, 7 April 1778. | Sumatra’s Westcust | |
| July 23, 1778 | Last, om voortaan de pagten publiek te laten opveilen, 4 Mei 1778, (Zie Schulden), 23 Juli 1778. | Sumatra’s Westcust | |
| May 17, 1779 | De lijwaat-eisschen voortaan ruimer in te rigten, 17 Mei 1779. | Sumatra’s Westcust | |
| May 17, 1779 | Het door de bedienden ingewilligd verzoek: om Radja Pamager, met eenige statie te laten begraven, voor ditmaal gepasseerd — dog hen gelast, dit voor het vervolg, tot geen exempel te laten strekken, als altijd nadeelig voor de Comp, 17 Mei 1779. | Sumatra’s Westcust | |
| May 17, 1779 | Van de indienstneeming van christen jongelingen tot de zeevaart, meerder gebruik te laaten maaken, 17 Mei 1779. | Sumatra’s Westcust | |
| May 18, 1779 | De beds aldaar gelast: om niemand als pagter, medestander of borg te accepteeren, dan een permanent inwoonder aldaar, 18 Mei 1779. | Sumatra’s Westcust | |
| Aug. 19, 1779 | De hier t’huishoorende vaartuigen, moeten, geduurende den tijd dat ze geen emplooij vinden, op strand gehaald worden, 19 Augustus 1779. | Sumatra’s Westcust | |
| Aug. 19, 1779 | Word bepaling gemaakt omtrent het getal der dienaren aldaar, 19 Augustus 1779. | Sumatra’s Westcust | |
| April 14, 1780 | Geapprobeerd het door de beds op Sumatra’s Westkust gepubliceerde placcaat, tot de aanplanting en voortzetting der peeperculture, 14 April 1780. | Sumatra’s Westcust | |
| April 14, 1780 | Ook een diergelijke tegen het ruïneeren van aangeplante peeperranken, 14 April 1780. | Sumatra’s Westcust | |
| April 14, 1780 | Last, om bij de inrigting van den eisch te continueeren, als thans geschied is, 14 April 1780. | Sumatra’s Westcust | |